Wat kan ik ?

Beïnvloedende factoren

hoe studeer ik ? : samenvatting : schrijven of typen met muziek

Waar studeer ik ? : aan tafel / aan de computer

hoeveel studeer ik ? minimum 4 uur maximum 6 uur /plannen is een werkpunt

Wat studeer je ? : Aan al mijn vakken soms iets meer aan het ene dan aan het ander

Wat studeer ik makkelijk : Sw , Nw , Wisk....

Resultaten luik 1

Vertrouwen in jezelf (tegenover faalangst)

goede resultaten => zelfvertrouwen

Slechte resultaten => onzeker over slaagkans

Vertrouwen in jezelf (Tegenover Faalangst)

Vertrouwen in manier van studeren

slecht resultaat : twijfelen over studiemethode

Goede resultaten : zeker over mijn methode van studeren

Studiemotivatie

Ik studeer omdat ik het interessant vind

Beloon mezelf met eten

Houding/Attitude

Ik houding is positief over het algemeen

Soms gedemotiveerd als iets me niet lukt en toch veel gestudeerd

Tijdbeheer

Volgens de test redelijk maar soms door tijdsgebrek => stress

Concentratie

Kan me goed concentreren => andere prikkels = weg filteren

Zelfsturing

Ik kan goed zelfstandig studeren

Zelftesting

Ik kan goed de leerstof toepassen

Maar soms moeite met de leerstof te leren omwille van stress

Relateren en structuren

Moeite met hoofd -en bijzaken te onderscheiden

Resultaten Luik 2

Wiskunde en redeneren

Wiskunde => te moeilijk doordat het zonder rekenmachine was

Redeneren = slecht snapte het niet => geen inzicht

Taal

talige strategieën=> 50 % behoor tot de middengroep

Woordenschat => 89 %^=> scoor hoog tegenover andere leerlingen vanuit tso.

Wie ben ik ?

hobby : bakken

interesses : medische onderwerpen (biologie) , sociaal wetenschappen

toekomstvisie : verpleegkunde studeren

Besluit

Ik kan besluiten dat ik een goede studiemethode heb maar soms wel nog wat onzeker ben door slechte resultaten. Uit het de test van luik 1 dat ik wel kan inschatten wat mijn sterke punten zijn en wat mijn werkpunten zijn namelijk plannen. Uit mijn resultaten uit luik 2 kan ik besluiten dat ik niet in de wieg ben gelegd voor wiskunde en redeneren , wel taal ligt me beter uit de test kwam dat ik goed ben in woordenschat.

Waarom studeer ik : Motivatie

Interne motivatie : interesse

Externe motivatie : beloning = goede punten